Beste Wandelaars,
Langs de kust. Uitzicht op zee. Het pad over de koraal vlakte en je moet uitkijken, dat je geen natte voeten krijgt. Gelukkig stond het water niet al te hoog. We hebben andere tijden gekend , toen de mannelijke wandelaars nog hun elegantie konden botvieren door het zwakke geslacht voor natte voeten te behoeden. Waarschijnlijk zijn hierdoor de moderne indianen geraakt door deze hoffelijkheid en wisten dit in een toepasselijke vis uit te drukken, want veelkleurige vissen krijgen nooit natte voeten. De indianen die er alles vanaf weten hebben dit in een muurrotsschildering tot uiting gebracht, een vis in alle kleuren van de regenboog. Voor degenen die deze kunstexpressie gemist hebben, is er een herhaling van de tocht langs dit kunstwerk pas volgend jaar.
Wij klauterden en klommen verder rots op en af langs lieflijke paden, todat we bij het Paashazen pad kwamen. Hier moest enig beraad worden gehouden, daar dit niet ongevaarlijke pad mogelijk niet ieders meug is. De alternatieve route was voorhanden. De meesten besloten toch om het rulle pad langs de woeste zee- afgronden te nemen. Menig fotoalbum zal verrijkt zijn met de diverse hachelijke situaties.
Bij het wederom hergroeperen werd meteen op plan B overgegaan. De route liep nu over het pad, dat naar Bon Futuro leidt en na 100 meter werd een zijpad naar boven genomen om ons langs het Open Lucht Museum te brengen. Het antiek lag verspreid maar de paden liepen zodanig dat we er met volle teugen van konden genieten.
Het uitzicht op het eilandje vlakbij met een negental flamingos en in de verte een grote groep van deze langpotige vogels was superb. Een eenzame Warawara vloog nieuwsgierig over ons heen. Wij vervolgden onze weg langs de electrapalen. Het zoemen was bepaald niet van de bijen, want we hoorden het alleen maar langs dit pad.
Na de ingang van de lagune gingen we het mooie padenpad op. Af en toe had je een verschrikkelijk mooi uitzicht over de lagune met op de achtergrond de witte silhouetten van het Seminarium. Ook Bottelier deed een duit in het zakje met zijn wanstaltige bouwsels op de top van de heuvel.
Na de eeuwenoude Cadushis, Verfhoetbomen en Zadelbomen bewonderd te hebben, was het een steil heuveltje die ons naar adam zag happen. Achter Cho-go-go kwamen we uit en we wandelden rond het resort langs de Bonchi Indian naar onze autos die geduldig stonden te wachten. Twee uur en een kwartier waren we onderweg geweest en hadden genoten van de prachtige oude bomen paden met zijn magnifieke uitzichten langs kust en lagune Jan Thiel.
Voor de volgende week ,de eerste wandeling in het nieuwe jaar, zal ik het groot wandelboek er even op na slaan, daar het moeilijk zal worden om een betere te bedenken. Mogelijk wordt het tijd om de krabben in het bos te bezoeken, voordat ze onder water komen te staan.
Veel heil en zegen in het nieuwe jaar!
Groetend, G.K. (Verslag)