Pages

zondag 26 mei 2013

Groot St. Joris Mangrove,Cadushi wandelverslag 26-05-2013

De oesterse geleerde Mossie Ammonito heeft in zijn boek " Schelpie open, Schelpie dicht " aangegeven, dat het een kwestie van komen en gaan is in het leven.
Conflicten zijn de wereld nog niet uit, zolang wij niet in Utopia wonen, vond hij. Als een parelduiker op zoek is naar oesters, moet hij goed opletten, wanneer de oesterschelp zich opent. Desnoods moeten zij er een stokje voor steken voor dat hij weer dicht gaat. Ze laten dan zogenaamd de oester op een houtje bijten. Bij een geopende schelp kunnen ze de parel er zo uit halen.

Bij navraag aan Mossie, hoe hij zijn volgende boek zou noemen, zei hij, toen ik nog zwijnenhoeder was, zat ik avonden achtereen te denken aan de paarlen. Ik mag dan wel niet in de school klappen, maar wel uit de school, want als je het in de verkeerde volgorde doet, kan alles in elkaar klappen.  Het volgende boek zou weleens " Paarlen voor de duikende Koraalduivels" kunnen heten, tenminste als er dan nog koraalduivels zijn, want als het net zo gaat als met de oesters en de karko's dan is er niets meer over om te vissen en kunnen we allemaal op een houtje bijten totdat we van ons stokje gaan. 

Klokkeslag vier zette de stoet van tien wandelaars zich in beweging richting Sint Jorisbaai. Het pad langs de mangroven voerde ons langs het water waar vele oude schelpen liggen en ons er aan herinneren, dat hier in het verleden behoorlijk gesmikkeld was.

Bij het Vijgenbos aangekomen bleek het bospad helemaal overwoekerd te zijn. De vele takken versperden ons de weg. Hier ligt een leuke taak voor de onderhoudsploeg. Dan maar langs die Putas Perfumado met haar heerlijke kerstbomen geur. Een niet eerder gelopen weggetje bracht ons wederom in het bos en een miniscuul klein trailtje  uiteindelijk op het Patrouillepad lopend van

Het Landhuis Groot Sint Joris naar de Groot Sint Joris baai. Na enkele opgeworpen versperringen te hebben overwonnen, vonden we het paadje naar de gemuteerde Cadushis. Deze stonden nog steeds overend, al mag ik opmerken, dat de tand des tijds heeft toegeslagen.

Het slingerpad terug deed ons belanden, waar we begonnen waren. Een koele dronk rond het nog niet aangestoken sprokkelhout deed haar verkwikkend werk. De verhalen die opgedist werden, waren bijna niet te verstaan door de vele soorten vogels, die ook wat te vertellen hadden. De lokroep van deze tropische vogels deed onze harten sneller slaan. De pauw ,de Kalkoen en de Ara gaven ons het voorbeeld om hun stokje in het nachtverblijf op te zoeken.

Met een vrolijke groet,


Groetend, G.K.